Cognitieve therapie helpt niet na afvallen

Door gewicht  te verliezen kunnen mensen met diabetes type 2 hun risico op hart- en vaatziekten verlagen. Maar het is moeilijk om de kilo's eraf te houden, mensen komen vaak na verloop van tijd weer aan. Daarom onderzocht diëtist Kirsten Berk of cognitieve gedragstherapie helpt bij het behouden van het gewichtsverlies.

Cognitieve gedragstherapie

Cognitieve gedragstherapie is een vorm van psychotherapie. Bij deze therapie kijk je samen met een therapeut wat je voor gedachten hebt over je eetgewoonten. De therapeut leert je vervolgens om gedachten die niet helpen en je slecht laten voelen, om te buigen naar 'helpende' gedachten.

Het onderzoek

In het onderzoek volgden 206 volwassenen met diabetes type 2 en een BMI hoger dan 27, acht weken lang een Very Low Calorie dieet. Dit is een dieet  van 750 calorieën per dag. De 12 weken daarna kregen ze een dieet van 1100 tot 1300 calorieën per dag. De deelnemers die 5% of meer van hun gewicht verloren, werden in twee groepen verdeeld: de ene groep kreeg de gebruikelijke zorg, de andere groep kreeg 17 sessies met cognitieve gedragstherapie.

Geen verschil

Na twee jaar waren de deelnemers nog steeds een deel van hun gewicht kwijt. Hun risico op hart- en vaatziekten was daardoor kleiner, ze hadden minder insuline nodig en hadden minder last van depressie en moeheid. Maar beide groepen hadden de helft van hun verloren gewicht weer terug, er was hierbij geen verschil tussen de groepen. De cognitieve gedragstherapie hielp dus niet om het gedragsverlies te behouden.

Dit resultaat is een teleurstelling, maar ook belangrijk dat het is uitgezocht. We weten nu dat deze therapie niet hoeft te worden ingezet om gewichtsverlies te behouden. Meer onderzoek is nodig om te bekijken wat dan wel helpt.