Wat is neonatale diabetes?

Je krijgt neonatale diabetes als baby, meestal in de eerste 6 maanden van je leven. De alvleesklier maakt vaak te weinig insuline aan. Hierdoor blijft de bloedsuiker te hoog. Dat komt door een foutje in het DNA.

Erfelijkheid van neonatale diabetes

Je kunt het DNA-foutje erven van je ouders. Maar soms ben je de eerste in je familie met neonatale diabetes. Dan is het DNA-foutje zomaar ontstaan tijdens de bevruchting. Daarom is het belangrijk om familieleden te informeren over neonatale diabetes. Maar hoe doe je dat? Meer informatie hierover vind je in de gratis brochure 'Erfelijke diabetes. Hoe informeer je je familieleden'. 

Neonatale diabetes in de familie

Heb je neonatale diabetes? Dan kunnen ook je ouders, kinderen, broers of zussen neonatale diabetes hebben. Hoeveel kans ze daarop hebben is niet precies te zeggen. Het hangt ervan af waar het DNA-foutje zit. Je familie kan onderzoek laten doen. Zo kunnen ze te weten komen of ze neonatale diabetes hebben. 

Hoe herken je neonatale diabetes?

Je krijgt neonatale diabetes meestal in de eerste 6 maanden van je leven. Dit is een belangrijk kenmerk van neonatale diabetes. Ook heb je bij neonatale diabetes vaak geen afweerstoffen in je bloed die passen bij diabetes type 1, toen je de diagnose diabetes kreeg. Soms hebben kinderen met neonatale diabetes ook andere problemen. Bijvoorbeeld problemen met leren.

Herken je meerdere kenmerken van neonatale diabetes? Bespreek dit dan met je huisarts of internist. Met DNA-onderzoek kunnen artsen zien of je neonatale diabetes hebt. Om goed voorbereid te zijn op het gesprek hebben we tips voor jou en een brief voor de zorgverlener. De zorgverlener kan na het lezen van de brief bepalen of er misschien sprake is van neonatale diabetes. Ontvang de tips en de brief.

Goede diagnose is belangrijk

Neonatale diabetes kan lijken op diabetes type 1. Want diabetes type 1 kun je ook krijgen op jonge leeftijd. Maar bij baby’s jonger dan 6 maanden gaat het meestal om neonatale diabetes. Soms geven dokters een andere diagnose, zoals diabetes type 1.

Een goede diagnose is belangrijk. Want je hebt met neonatale diabetes soms een andere behandeling nodig dan bij diabetes type 1. Zo kan het beter zijn om speciale tabletten te slikken.

Verschillende vormen van neonatale diabetes

Er zijn twee soorten neonatale diabetes: een tijdelijke en blijvende vorm. De tijdelijke vorm verdwijnt meestal voordat je 1 jaar oud bent. Vaak komt het op latere leeftijd terug, bijvoorbeeld wanneer je een puber bent. De blijvende vorm van neonatale diabetes gaat niet weg. Die blijf je dus je hele leven houden.

Meer informatie

Op diabetes.nl lees je meer over neonatale diabetes.