Honeymoonfase

Aan het begin van diabetes type 1 maakt je alvleesklier nog wat insuline aan. Het is dan eenvoudiger om je bloedsuiker te regelen. Dit noemen we de honeymoonfase. Het lijkt dan even bijna alsof het wel meevalt met de diabetes, maar dat is helaas tijdelijk.

Hoelang duurt de honeymoonfase?

De honeymoonfase duurt gemiddeld zo’n 7 maanden, vanaf het moment dat je de diagnose krijgt. Maar hoe lang de honeymoonfase precies duurt, is voor iedereen verschillend. Soms kan de honeymoonfase jaren duren. Heel soms zelfs meer dan 10 jaar.

Na de honeymoonfase

Na de honeymoonfase zijn bij de meeste mensen de bètacellen uitgeschakeld door het eigen afweersysteem. Bètacellen zijn de cellen die insuline maken. Je lichaam maakt dan zelf geen (of nauwelijks) insuline meer aan. Daarom heeft je lichaam extra insuline nodig. Je geeft jezelf een behandeling met insuline, met een spuit of met een insulinepomp. 

Wanneer krijg je bij diabetes type 1 een (langere) honeymoonfase?

Niet iedereen met diabetes type 1 komt in een honeymoonfase. Hoe meer werkende bètacellen je hebt bij de diagnose, hoe groter de kans is op een (langere) honeymoonfase. Dit kan samenhangen met verschillende dingen, zoals de leeftijd waarop je diabetes type 1 krijgt en misschien hoe snel je start met een behandeling met insuline. Wetenschappers doen hier nog onderzoek naar. 

Nieuwe behandelingen om bètacellen te laten overleven

Onderzoekers proberen de overgebleven bètacellen te laten overleven. Met verschillende behandelingen willen ze het restje cellen dat er na diagnose nog is, in leven houden. Hier gebeurt veel onderzoek naar, zoals naar poeptransplantaties bij diabetes type 1, een pil met darmbacteriën of de speciale stof 6-BT. Het Diabetes Fonds investeert in deze belangrijke onderzoeken. Zo komen we steeds dichterbij een stabielere bloedsuiker en een beter leven met diabetes type 1.